In gesprek met een toekomstige 2B Connect-adviseur
De 2B Connect-masterclass draait op volle toeren. Binnenkort staan 30 enthousiaste experten klaar om bedrijven die hun terrein op natuurlijke wijze willen inrichten, stap voor stap te begeleiden. Van idee tot uitvoering. Onder hen ook Dolf Imbrechts, tuin- en landschapsarchitect en medewerker bij Regionaal Landschap Zuid-Hageland (RLZH). Dolf werkt er o.a. projectideeën uit, tekent concrete plannen uit en stuurt werknemers aan voor landschapswerken in de Getevallei (België).
“Biodiversiteit is een thema waar het Regionaal Landschap dagelijks rond werkt. De laatste jaren werken we vaker samen met bedrijven. Samen met de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM) Vlaams-Brabant richtten we zo bijvoorbeeld al een bufferzone achter de Tiense Suikerfabriek in als een buurtpark met volkstuintjes. Maar ook vanuit 2B Connect is het RLZH betrokken bij de groeninrichting en het beheer van de Feed Food Health (FFH) Campus, een 10 ha groot bedrijventerrein.”
Wat doe je daar concreet?
“Op de FFH-campus werken we op drie niveaus. We waarderen tijdelijke natuurwaarden op de onbebouwde percelen op en ontwerpen gemeenschappelijke, biodiverse groenruimten voor werknemers, buurtbewoners en de natuur. Samen met de aanwezige bedrijven toetsen we de mogelijkheden af om meer biodiversiteit op hun terreinen te ontwikkelen.”
Welke ervaring neem je daaruit mee?
“Ook in onze streek merk je almaar meer druk op ruimte. Bedrijventerreinen liggen vaak in de overgangszone van stedelijke omgeving naar open ruimte. Juist daar zijn ecologische verbindingen voor fauna en flora belangrijk. Natuur en samenwerking tussen vele belangengroepen bieden hier trouwens enorme kansen. Voor leefbare dorpen en steden, maar ook voor aantrekkelijke bedrijventerreinen, voor werknemers en werkgevers. Participatie en betrokkenheid brengen vaak bottom-up noden aan de oppervlakte waar in één bepaald project niet altijd meteen een oplossing voor bestaat. Maar het zet wel een denkproces in gang, waar je in een volgend project de vruchten van plukt.”
Biodiversiteit en bedrijven vormen duidelijk geen blinde vlek voor jou. En toch schreef je jezelf in voor deze masterclass.
“Absoluut. Ik hoop de kansen en raakvlakken beter te herkennen tussen bedrijfsvoering en de werking van het RLZH. De masterclass gaat dieper in op de taalbarrière die er vaak heerst tussen het bedrijfsleven en het ecologisch verhaal, terwijl die mekaar kunnen versterken. Voor mij klinkt het verhaal over biodiversiteit en het klimaat evident, maar voor buitenstaanders is dit geen dagelijkse kost. Ook voor bedrijfsleiders niet. En toch kan je biodiversiteit als een aantrekkelijk ‘product’ bekijken, waar ook een bedrijf baat bij heeft. Die kijk zet aan tot nadenken: welke ecologische argumenten zijn haalbaar voor een bedrijf? Welke argumenten kunnen bedrijven overtuigen om een steentje bij te dragen aan meer biodiversiteit op hun bedrijfsterrein?”
Welk lesonderdeel is je tot nog toe het meest bijgebleven?
“De opleiding startte meteen met enkele eyeopeners uit Japan. Toonaangevende bedrijven zoals Toyota, Sony en Fujitsu werken al decennia aan biodiversiteit op hun terreinen. Zowel in Japan als in hun buitenlandse vestigingen blijven deze bedrijven hun ambitieuze natuurdoelen nastreven.”
Die lijn trekken we zeker door. We wensen jou en de medecursisten veel succes toe met het vervolg van de masterclass.